Cambodja en Vietnam - Reisverslag uit Hoi An, Vietnam van Sanderenlynn Reeuwijk - WaarBenJij.nu Cambodja en Vietnam - Reisverslag uit Hoi An, Vietnam van Sanderenlynn Reeuwijk - WaarBenJij.nu

Cambodja en Vietnam

Blijf op de hoogte en volg Sanderenlynn

23 Mei 2016 | Vietnam, Hoi An

Phnom Penh, Sihanoukville, Koh Rong
Ho Chi Min City, Mui Ne, Nha Trang, Da Lat

Goodbye Cambodia, Hello motorbike!

Hallo allemaal,

Phnom penh
In de hoofdstad van Cambodja zijn de grootste killing fields van de Cambodjaanse oorlog. Het was heel indrukwekkend en shockerend om naar het grootste kamp en museum te gaan. Zo’n heftige dingen die hier gebeurd zijn en het is ook heel bizar om te beseffen dat het nog maar zo kort geleden is. In 1979 is de oorlog pas geëindigd. Dus iedereen die je op straat ziet van boven de 40 heeft deze vreselijke oorlog overleefd. Er is een ongelooflijk leeftijdsgat doordat ¼ van de gehele bevolking is uitgemoord. Je ziet ook bij heel veel mensen nog heel goed de buik en rug vol met littekens. En dan kom je in het museum en krijg je te zien hoe de mensen hier aan gekomen zijn. En dat niet gewoon door ‘simpele’ stokslagen, maar vast geketend op een elektrisch bed, of hangend aan een galg met een emmer water eronder omdat zodra ze hun bewustzijn verloren ze in het koude water gedompeld werden zodat ze weer bij bewustzijn kwamen en ze de pijn weer volledig moesten verdragen. Pol Pot had als motto ‘het onkruid moet je bij de wortel verwijderen.’ Hij was bang dat familieleden laterna wraak zouden nemen dus als een familielid iets verkeerd had gedaan, bijvoorbeeld hoogopgeleid was, dan werd de gehele familie uitgemoord. En dit hoeft allemaal niet zo moeilijk te gaan. Zo was er een boom waar ze de baby’s met de hoofdjes tegenaan sloegen en daarnaast was meteen het massagraf. Deze boom hangt nu helemaal vol met armbandjes die mensen er nu op hangen om hun medeleven te tonen, maar je ziet gewoon nog de bloedplekken waar de baby’s doodgeslagen zijn.

Sihanoukville
Dit is een dorpje aan de kust. De zee was zo ongelooflijk warm dat het leek alsof je een gigantische jacuzzi in liep. En als je dan verkoeling wilde moest je dus juist uit het water gaan.
Buiten de zee is hier ook een jungle. Dus zijn we ’s avonds naar een jungle party gegaan. Wat niet meer is dan gewoon een feestje op een open plek in de jungle. Maar omdat je omringt bent met jungle geeft het meteen een heel leuk sfeertje.
Megan, een Amerikaans meisje wat we in Ko Lanta hadden leren kennen zouden we hier weer zien. Altijd leuk om iemand ergens anders weer terug te zien.

Koh Rong
We hoorden vantevoren van iedereen dat er in Cambodja een eiland was waar iedereen ziek werd, maar even goed was het zo super mooi dat het ziek worden de moeite waard was. Wij dachten als je daar ziek wordt dan komen we nog wel genoeg op andere mooie eilanden. Maar John(de Duitse jongen die bij ons was) was hier al eerder geweest en hij was hier zo ongelooflijk enthousiast over dus hadden we al besloten om hier naartoe te gaan voordat we door hadden dat dit dat eiland is. Iedereen wordt ziek op het eiland omdat de elektrische tijd constant uit valt en het vlees en vis dus niet goed kunnen bewaren. En alles moet van het vaste land komen. Hierdoor worden dus heel veel mensen ziek en de afvoer gaat direct in de zee, dus als je daar dan in zwemt dan word je ook ziek. We gingen dus alleen op meer afgelegen stranden zwemmen en een weer kleine week vegetarisch eten.
Maar iedereen had gelijk, het was een ongelooflijk mooi eiland. We hebben nog nooit zo’n wit strand gezien. Het was zo wit dat het zelfs een grijze gloed had. En het was ook zo zacht als poeder. Als je hierop liep dan kraakte het gewoon onder je voeten alsof je op sneeuw liep.
De tweede dag wilde we naar de andere kant van het eiland en om daar te komen moest je de jungle doorkruisen. Het was een hele leuke tocht om op long beach uit te komen. En het was daar zelfs nog veel witter, zachter en krakeriger dan aan de andere kant. Hier zijn (nog) helemaal geen restaurants en hostels, dus het is er echt (nog) een paradijs. Ze waren al bezig met bouwen, dus dat zal over een zeer korte tijd wel al weer helemaal anders zijn. John was hier twee maanden eerder geweest en het was nu al helemaal anders, ze hadden al overal bomen gekapt om te gaan bouwen. Aan deze kant van het eiland kon je de zonsondergang zien, maar we konden natuurlijk niet in het donker terug lopen via de jungle. Er gingen verschillende dagtochten met de boot rond het hele eiland die hier de zonsondergang komen bekijken. Wij zwommen dus naar een van de boten met de vraag of ze ons niet mee konden nemen naar het hoofdstrand. Met een hele groep met zwemvest beveiligde, Vietnamezen die hier op vakantie waren, zaten we dus op de boot terug. Onderweg zouden we stoppen om de lichtgevende plankton te zien. Dit is plankton wat ’s avonds licht geeft als je het beweegt. Toen de boot hiervoor stopte was iedereen aan het kijken en vroegen we ze aan het doen waren. Ze hoopten dat ze de plankton vanuit de boot konden zien. Nou als niemand in het water springt dan kun je nog lang blijven wachten, dus wij sprongen in het water. In het begin waren ze allemaal heel ongelovig dat wij in het donker midden op zee in het water sprongen, maar al gauw kwamen een paar vietnamezen ook het water in en ze vonden het geweldig!
Een van de avonden wilde we een kampvuur maken. Dus liepen we via een kleine jungle naar een afgelegen klein strandje. Iedereen die voorop liep had een lichtje maar Megan, Sander en ik liepen achter en hadden geen licht. Al snel raakten we de rest kwijt en konden we de weg niet vinden, je zag echt helemaal niks. We hadden een breaklight bij ons voor de avond, maar die knakten we dus maar alvast aan. En hiermee konden we perfect de weg vinden. Het zag er voor de rest wat vreemd uit dat wij veel later uit de jungle kwamen met een groen verlichte stok in onze hand. Toen het vuurtje goed brandden, en wij er zo ver als mogelijk vandaan zaten omdat het veelte warm was, hadden we het breaklight aan een touw geknoopt voor een heuse lichtshow. Om de beurt gingen de jongens de jungle in om hout te sprokkelen, en toen de Engelse jongen terug kwam had hij een slangenbeet in zijn arm! Hij had er gelukkig geen pijn aan en laterna ook niet echt last van gekregen. En later gingen we met de lichtgevende plankton zwemmen, wat er met het breaklight nog mooier uit zag! Hele leuke avond!
We hebben nog een dag gedoken. We gingen de hele dag met z’n alle op de boot, dan gingen wij twee keer duiken en de rest kon dan op die plaatsen snorkelen. De tweede duik was een ‘muddive’ in eerste instantie zie je helemaal niks, alleen maar zand. Maar als je dan dichterbij komt en goed kijkt zie je allemaal hele bijzondere kleine, felgekleurde diertjes. Hier zijn altijd veel zeepaardjes, dus wij waren extra op zoek naar zeepaardjes. Die hadden we namelijk nog nooit gezien. 1,5 uur gezocht, hele gave en mooie dingen gezien. Zoals felgekleurde en in bijzondere vormen naaktslakken, koraal was helemaal onder de bodem verdwijnt als je voorbij komt. Maar helaas geen zeepaardjes.
Van de duikschool zeiden ze dat ze zelfs soms bij de pier zwommen tussen alle vrachtboten door. Wij stonden op de pier te wachten voor de boot terug naar het vaste land en hadden het er samen over dat we het echt niet geloofde dat zo’n fragiele diertjes tussen alle boten door zouden zwemmen. Op dat moment keken we in het water en zagen we gewoon een zeepaardje rustig zwemmen! Super leuk om er toch nog een gezien te hebben!
Je kon met de speedboat of met de slowboat terug. De speedboat was dubbel zo duur maar de meeste mensen deden dat. Wij hadden geen haast dus hadden de slowboat gepakt. We liepen dus langs de super lange rij van alle mensen die de speedboat pakten door naar de slowboat. Komen we boven op de boot, staan daar gewoon allemaal tweepersoonsbedden! En we hadden het hele dek met maar 5 personen! Achterin hing een hangmat, ik dacht dat is relax op een boot in de hangmat chillen. Maar doordat de boot vaart gaat de hangmat zo hard te keer dat ik er bijna uit viel! Dus toch maar gewoon lekker op ons bed chillen!

Na 2,5 week Cambodja helemaal samen gedaan te hebben met John uit Duitsland, Augusto uit Chilli en Luis uit Spanje namen wij nou afscheid van hen om naar Vietnam te gaan. Het waren echt hele leuke weken met deze jongens. Overal kwamen we steeds dezelfde mensen tegen, zoals Joel en James uit Engeland. Maar met z’n vijven hebben we echt alles samen gedaan. Het was altijd super gezellig. Overal stonden pooltafels waar we iedere keer gingen poolen. En ’s avonds speelden we bijna iedere avond ‘ring of fire’ oftewel het drankspelletje ‘Kingen’. En in Cambodja had je ook echt leuke plaatsen om op stap te gaan.
Nadat we weer een nachtje in Sihanoukville geweest waren om ons VISA voor Vietnam te regelen, sloten we Cambodja dan af en gingen we met de nachtbus naar Vietnam. Dit was een sleeper met tweepersoonsbedden. Een prima nachtje dus, totdat we 2 uur later stopten en zeiden dat we van bus moesten ruilen en kregen we er een bus met stoelen voor terug. Dus toch geen nachtje slapen.


Vietnam
Onze eerste indruk was meteen heel leuk van Vietnam. Iedereen is heel vriendelijk, het ziet er allemaal ook heel anders uit dan Thailand en Cambodja. Vietnam heeft meer weg van de Chineze landen. Het verkeer is echt niet normaal. Zo gigantisch veel motoren overal. Iedereen draagt de Vietnamese hoedjes, zelfs onder de helm! En het eten is super lekker!! Totaal niet pittig en wat ik het meeste mis van thuis is een lekker broodje. Laat dit hier nou een nationaal gerecht zijn wat ze op iedere hoek van de straat verkopen. Heerlijke harde broodjes met allerlei soorten vlees en ei erop!

Ho Chi Min City
Derek, de jongen die het vrijwilligerswerk in Nepal organiseerde, was nu voor een tijd in HCMC. Dus het was heel erg leuk om hem hier weer te zien! HCMC is echt een te gekke stad! Overal zijn kleine restaurantjes en barretjes met kleine plastic stoeltjes. En alle hotels zijn alles in 1. Zo was ons hotel op de beganegrond een kleermaker. Een verdieping hoger was een keuken waar ze het eten kookten wat ze s avonds voor de kledingwinkel op het terras verkochten. En de hogere verdiepingen waren kamers. Als hotel en als massagesalon, ofja overdag massagesalon. Dan hebben alle vrouwtjes een lange degelijke rok aan en s avonds maken ze die rok los en komt er een piepklein strak rokje onderuit en vragen ze of je een kamer wilt huren voor een uurtje ‘boemboem’. En toen wij incheckten werkte de WiFi helemaal goed op onze kamer. Maar natuurlijk net op het moment dat Claire aankondigt dat ze met de bevalling bezig is, valt de WiFi s nachts uit! Dus ’s morgens vroeg in alle vroegte op straat ergens WiFi op pikken van de barretjes van de avond ervoor. En daar stond ik dan midden op straat te janken toen ik dan eindelijk te horen kreeg dat mijn nieuwe neefje, Sam, geboren is! Op zo’n momenten is het echt wel lastig om zo ver en lang van huis te zijn. Maar gelukkig is hier overal WiFi om wel goed op de hoogte te kunnen blijven. En wij hadden gelukkig een drukke dag voor de boeg, zodat ik niet in een emotionele bui kon blijven hangen.
Hoe kun je beter door Vietnam reizen dan per motor? Dus voor ons stond HCMC vooral centraal voor het kopen van een motor. De eerste dag waren wij samen met een stel uit Chili, wie we in Cambodja hadden leren kennen, Ricardo en Daniela. Wij zouden met z’n vieren 4 motoren gaan kopen. Voor ons ieder 1, de mannen rijden en de meiden achterop. En nog 2 motoren voor Augusto en Luis. Wij dus overal rondlopen om een motor te kopen. Niet dat je daar moeite voor hoeft te doen, want om de paar meter is er wel een werkplaats die motoren verkopen. Aan het eind van de dag hadden we 4 motoren van ieder 300$ gescoord. De volgende morgen kwamen Luis en Augusto aan. De twee jongens hadden nog nooit op een motor gezeten, dus kregen even binnen 3 minuten les van Ricardo en Sander. En daar stonden ze dan, in HCMC de stad met de meeste motoren van de hele wereld! We wilden naar de tunnels waar de Vietnamezen jaren gezeten hebben tijdens de oorlog. Dit was ongeveer twee uur rijden, dus meteen een mooie test voor de motoren.
De Cu Chi tunnels, ongelooflijk. Minstens 300 km lang en complete dorpen onder de grond. En boven de grond was de Amerikaanse basis. Het complex is onderdeel van een nog groter tunnelnetwerk dat vrijwel onder het gehele land doorloopt. Ze waren zo slim en hadden daarmee zo’n ongelooflijk zieke dingen bedacht. Overal in de jungle waren luiken naar boven die je echt onmogelijk kon zien. Als Amerikaanse soldaat liep je dus in de jungle en vanuit het niets werd je beschoten. Ze hadden overal boobytraps gemaakt, niet om de Amerikanen te vermoorden. Maar om ze dusdanig de verwonden dat ze niks meer konden maar wel nog in leven bleven. De andere soldaten lieten hun collega dan niet achter en moesten dan dus een zwaar gewonden mee nemen, wat de gehele groep enorm vertraagde. Maar ook in kleine dingen waren ze zo slim, zo hadden ze bijvoorbeeld schoenen gemaakt van de Amerikaanse banden. En deze droegen ze dan achterste voren en liepen ze aan de andere kant van de weg, zodat de Amerikanen dus dachten dat ze de andere kant op liepen. Heel indrukwekkend om hier door de jungle te lopen. Ze hebben nu boven de grond verschillende plaatsen nagemaakt hoe de kamers eruitzagen onder de grond en wat ze dus allemaal deden onder de grond. Je kan ook ergens de tunnel zelf in, zo super smal. Ik wist niet hoe snel ik er uit moest komen, helemaal claustrofobisch. En ze hebben dat stuk van de tunnel zelfs verbreedt voor de westerse toeristen, omdat wij te breed zijn en door de originele tunnel niet passen.
Nadat we de volgende dag de motoren weggebracht hadden voor wat kleine aanpassinkjes, zijn we naar het oorlogsmuseum geweest. Echte echte zieke dingen die ze hier gedaan hebben!! En het vergif dat ze een aantal jaar lang boven grote gebieden gespoten hebben, zijn de sporen nog steeds van te zien aan de misvormingen van de mensen. Heel veel Siamese tweelingen. En buiten staan gigantische helicopters, tanks en vliegtuigen. En Augusto is piloot van beroep, dus hij kon ons hier alles over vertellen.
Onze laatste avond zijn we uit eten gegaan met Derek en twee Nederlandse vriendinnen van hem. Heel gezellig bij een lokaal straatrestaurantje gegeten en een hoop biertjes gedronken, altijd leuk als de eind rekening na zo’n avond dan 4 euro per persoon is!

Mui Ne
En daar begon ons nieuwe avontuur, met de motor van zuid naar noord Vietnam rijden! In alle vroegte vertrokken we met z’n zessen richting onze eerste stop, Mui Ne. Een strandplaatsje wat bekend staat om de mooie zandduinen. We vonden het allemaal fantastisch! Heerlijk zo de vrijheid om te gaan en staan waar we maar willen. Dat we onderweg twee uur bij de monteur hebben gezeten voor Luis z’n motor mocht de pret dan ook totaal niet drukken.
De volgende dag zijn we naar de zandduinen gegaan. Echt alsof je ineens midden in de woestijn staat, terwijl de andere kant van de weg zee is. En terwijl wij daar in de middle of nowhere stonden met helemaal geen mensen om ons heen, kwamen daar ineens de twee Nederlandse meiden de duin opgelopen. ’s Avonds dus met z’n alle een drankje gedaan voordat we de volgende dag weer verder gingen. Wij gingen eerst naar Nha Trang en de Chilenen en Spanjaard eerst naar Da Lat. Maar eerst reden we nog samen naar gigantische duinen. Toen we hier weg wilden rijden was het echt een klassiek momentje. We zagen ze net de hoek om rijden, toen onze motor niet meer startte! Stonden we daar, in de middle of nowhere met alleen maar zandduin om ons heen. Gelukkig heeft Sander wel wat verstand van motoren dus kreeg hij hem zelf weer aan de praat. En toen was het ook echt heerlijk om lekker met z’n tweeën te rijden. Met vier motoren is het toch veel wachten op elkaar. De een gaat wat sneller, de ander heeft meer moeite met de motor starten, en de meest uitgesproken zin in Vietnam door toeristen is zonder twijfel ‘mijn motor moet naar de monteur’. En die andere brachten de motor dus ook voor ieder scheetje naar de monteur, terwijl Sander er zelf naar kijkt en het dan zelf weer aan de praat krijgt. Dus kwamen we lekker op tijd in Nha Trang aan.

Nha Trang
De reden dat wij eerst naar Nha Trang gingen was dat Sander B (Sander z’n schoonbroer) hier voor een paar dagen was voor zijn werk. Super leuk om na 7 maanden een bekend gezicht te zien!! Vanuit zijn werk had hij een super de luxe hotel geboekt voor ons drieën. Wij zijn deze luxe totaal niet gewend, heerlijk voor een paar dagen!! We doken dan ook meteen in het zwembad op de 15e verdieping. Toen Sander B later klaar was met zijn werk, had hij een cadeautje voor ons meegenomen om aan te geven of Sander een neefje of nichtje krijgt in September. En het waren kleine roze babysokjes! Die hij nu als trotse oom aan z’n motor heeft hangen!
Sander B had ’s avonds eerst een etentje van z’n werk, dus gingen wij een keertje sinds een hele lange tijd met z’n tweeën uiteten. Ik had rijst met knoflook en ei besteld, misschien zat er ergens een korreltje knoflook en een korreltje ei in verstopt, maar verder was het gewoon een bordje droge rijst! Rond een uur of 9/10 zagen we Sander weer en gingen we gezellig wat drinken en poolen!
Nadat we gegeten hadden bij het ontbijtbuffet van het luxe hotel, gingen we toch nog eventjes op bed liggen. Het was toch wel heel gezellig geweest de avond ervoor! Toen we weer fris en fruitig waren, gingen we zeilen op een catamaran! Het was 2 minuten lopen, maar Sander is zo trots op zijn scharminkele motor, dat hij met de motor wilde gaan. Dus net als de Vietnamezen met z’n drieën op de motor! Sander B heeft één keer gezeild en wij beiden nog helemaal nooit, dus was het fijn dat er een mannetje met ons mee ging. Heel erg leuk om zo de zee op te varen. Als het zeil goed in de wind zat, dan ging je ook echt behoorlijk snel! Tussendoor legden we de boot even stil om een duik in het water te maken. De terugweg was het soms behoorlijk lastig om de wind te vinden.
Sander B vond ons er wat uitgehongerd uitzien, dus nam hij ons mee uiteten in een super de luxe restaurant met een onbeperkt buffet. Er was een heel assortiment met overheerlijke vis en schelpdieren. Deze legde je dan op je bord en bracht je naar de kok. Na twee keer op te scheppen had Sander B genoeg gehad, waar wij konden er niet genoeg van krijgen! Lang geleden zo lekker gegeten!! ’s Avonds zijn we met een propvolle buik weer gaan poolen. En de volgende dag moesten we alweer afscheid nemen van Sander B. Heel vreemd om hem dan in de taxi te zien weg rijden. En gingen wij onze motor weer helemaal volladen om van het enorm warme strand naar de koele bergen van Da Lat te rijden.

Da Lat
Onze Chileense en Spaanse vrienden zaten hier in een heel leuk hostel, ‘Da Lat Familie hostel’ dus hadden ze voor ons ook geboekt. Toen we aankwamen werden we heel hartelijk ontvangen door de mensen van het hostel met allemaal knuffels en kussen. Inchecken moest maar even wachten, we moesten eerst wat komen eten met iedereen. Twee grote tafels hélemaal vol met overheerlijk eten waar alle andere backpackers aan het eten waren. ’s Avonds met z’n zessen naar de nachtmarkt geweest en ze hadden het over een bar wat een doolhof is. We begrepen er niks van, dus gingen we hier naartoe. En het was echt een doolhof van binnen, allemaal kleine trapjes en grotjes waar je kon zitten. Een beetje jammer dat wij daar om 10 voor 12 aankwamen en ze om 12 uur dicht gingen.
De volgende morgen gingen de andere naar Nha Trang. En gingen wij het dorpje zelf verkennen. Iedere dag begon om 5 uur het ‘familiediner’ en kon je voor 2 euro zoveel eten als je wilden en ze eindigden met bananenpannenkoeken die bij iedereen favoriet waren! Iedereen bleef na net eten hangen en iedere avond organiseerden het hostel een kroegentocht. Een tocht naar de twee kroegen die het dorpje telde. De tweede dag zeiden we dus met een hele groep dat we dat een beetje overbodig vonden en dat we gelijk naar het doolhovencafé wilden, om verstoppertje te spelen. Later zijn we met een aantal met een taxi naar een club gegaan. Wij waren de enige westerse mensen, verder alleen maar Vietnamezen. Wat wij super leuk vonden en zij vonden het ook super leuk dat er een keer westerse mensen waren.
Het ideale aan een eigen motor hebben is dat je niet aan dure tours mee hoeft te doen maar er gewoon zelf heen kan rijden. Dus reden wij zelf naar de watervallen. Toen we er bijna waren begon het te regenen, en als het hier begint te regenen, dan regent het ook echt! Echt een tropische regenbui. Gelukkig konden we meteen ergens schuilen en een kopje koffie drinken. In no time was de weg geen weg meer maar een modderstroom. Het was gewoon een zwarte asfaltweg, maar nu was ie meteen helemaal geel van het zand. Een uurtje later konden we weer gaan rijden en kwamen we bij de watervallen aan, nu met zoveel water nog mooier! ’s Avonds bij de nachtmarkt gegeten en wat rondgesjouwd.

Highway trough hell
Vanuit Da Lat zijn we helemaal via het westen van Vietnam, door de bergen naar Hoi An gereden. Een trip van 5 dagen. De navigatie had een weg voor auto’s berekend en het is in de bergen, dus we verwachtten ook geen perfect aangelegde weg. Maar we verwachtten op z’n minst een weg! Niet een paadje door de jungle!! Hoe de navigatie dit voor zich zag begrijpen we nog steeds niet. Het was echt een pad door de jungle zoals je een junglepad voorstelt. Super steil en echt gewoon onberijdbaar! Het eerste stuk lukte Sander nog aardig om dit krankzinnige pad te berijden op onze Honda win 100 cc met volle bepakking en twee personen! Na verloop van tijd kwamen we bij een rivier aan. En deze moesten we oversteken. We stonden daar een hele tijd bij te kijken van dit kan toch absoluut niet kloppen. Maar een lokaal vrouwtje zat te wijzen dat we er echt doorheen moesten. Vanuit de andere kant kwamen een paar Vietnamezen aan, en sjoeff staken zonder pardon zo de rivier over! Wij waren ze echt aan aan het staren van maar dit kan toch gewoon niet. Maargoed, dit was de enige manier. Maar wij dachten dan halen we iig onze tassen eraf, dat scheelt een hoop gewicht anders blijft ie dadelijk in het midden staan. Een van de Vietnamezen zag dat en greep meteen in, ging op de motor zitten en reed hem eventjes naar de overkant! Serieus tot en met het zadel onder water!! Maar wij konden gelukkig weer verder. En daar begon het te regenen. Het was niet zo dat we ergens konden gaan schuilen, want het was alleen dit pad door de jungle en verder was er niks en we waren halverwege het pad en terug was absoluut geen optie, dat was veel te steil om hoog voor de terug weg. Maar het pad was van een bepaald zand dat meteen ongelooflijk glibberige klei wordt. Rijden was dus totaal geen optie meer, met hulp van vier Vietnamezen kregen we de motor weer een helling naar beneden. Met z’n alle aan de motor trekken zodat ie langzaam naar beneden kon glijden. Daarna kwamen we bij een nog stijger stuk uit en waren we maar met z’n tweeën. En het lukte echt niet om de motor enigszins onder controle beneden te krijgen. Dus haalden we alle tassen eraf en toen konden we de motor naar beneden brengen, weer naar boven lopen en de tassen naar beneden dragen. Gelukkig was dat het enige moment dat we onze tassen eraf hoefden te halen, maar geloof me dit waren de langste 20 km ooit! We waren nog nooit zo gelukkig toen we weer asfalt zagen! Voordat we dat konden bereiken moesten we nog eventjes een riviertje doorkruisen. En toen in het eerste beste dorpje tanken, motor schoonspuiten en eten. Na het eten was het al donker, maar we waren zo blij dat we eindelijk weer konden rijden dat we nog niet wilden stoppen, onze eindbestemming van de dag zouden we sowieso niet meer halen maar wilden nog een beetje verder. Al snel hield de asfalt weer op en kwamen we op een zandpad uit. Maar omdat het donker was zagen we niet welk pad we moesten nemen, de navigatie zei rechtdoor maar daar was alleen een echte hele grote rivier, onmogelijk. Dus keerden we toch maar om om een slaapplek te zoeken. In het Vietnamees aan iedereen vragen of ze een slaapplek wisten en iedereen wees naar een vrouw die heel onduidelijk was. Uiteindelijk zei ze dan dat we met haar mee konden komen en ging ze een van haar hostelkamers schoonmaken. We waren zo blij dat we een slaapplek hadden dat het ons niks uit maakten dat dit bed geen matras had. Ál onze spullen zijn compleet nat en vies, dus zoveel mogelijk uitgespreid over de betonnenvloer. (Niet dat iets droog was de volgende morgen maar goed)
Voordat we gingen slapen eerst even goed onderzoek gedaan naar de route voor de rest van de dagen. Het leek erop dat het eerste stuk zoals deze dag zou zijn, wat we sowieso moeten hebben om hier op ’n manier weg te kunnen komen. Maar Verderrest leek het op asfalt wegen.
’s Morgens met spierpijn op tijd weer verder. Al gauw kwamen we uit op het zand pad. We vroegen de locals daar welk paadje van de twee we aan de linkerkant moesten hebben, maar zij wezen rechtdoor naar de rivier. Nu het licht was zagen we overal bootjes liggen en nadat we het dubbel gecheckt hadden of dat het echt zo de bedoeling was, de motor op een van de bootjes gereden en brachten zij ons naar de overkant. En vanaf daar was het de hele dag asfalt! In het begin nog niet de beste wegen, maar dat maakte ons niks uit. Later op de dag was het echt gewoon complete snelweg en konden we dus flink wat kilometers rijden en bereikten we aan het einde van de dag het plaatsje wat we deze dag ook wilden bereiken, mooi alles van de dag ervoor ingehaald.
Nadat Sander twee zware rijdagen erop had zitten en ik ook wel even klaar was met achterop te zitten, besloten we een dagje hier te blijven en een dagje West-Vietnamese sightseeing naar de tempels hier in de buurt. Voordat we weer twee rijdagen voor de boeg hadden tot aan Hoi An. Heel mooi om hier de tempels te bekijken, zo totaal anders dan in de andere landen waar we tot nog toe geweest zijn. Dit zijn echt de ‘Chinese’ tempels.
De laatste twee dagen tot Hoi An hebben we heerlijk gereden. Het is zo super leuk om zo door de bergen te rijden. Je rijdt door echt hele kleine dorpjes en hier komen zo goed als nooit toeristen. Iedereen is super blij om je te zien en steekt meteen het peaceteken in de lucht. Vooral de kinderen vinden het geweldig. Ze komen of van een afstand al vol enthousiasme naar je toe gerend of ze kijken je vol ongeloof aan en zodra je zwaait kijken ze vol geluk naar hun moeder van Woow zag je wat mij zojuist overkwam? Het is ook echt heel erg leuk om proberen duidelijk te maken wat je wilt. Ze spreken hier natuurlijk geen woord Engels, dus alles gaat met handen en voeten. Als we zagen dat ze ergens eten verkopen dan gaven we gewoon aan dat we iets wilden eten en lieten ons maar gewoon verrassen wat we zouden krijgen, in Vietnam is toch al het eten lekker. We weten wat ‘slaapplaats’ betekent dus als we door een dorpje reden en een uithangbord met dat erop zagen en als we genoeg gereden hadden voor die dag dan stopten we daar. Ultieme vrijheid!

Liefs van Sander en Lynn

  • 23 Mei 2016 - 09:43

    Jos Knoben:

    Hoi Lyn en Sander,

    Ik heb met verbazing jullie verslag gelezen, ik kan me zo voor stellen dat je toch af en toe tenen krommend
    aan het backpacken bent.
    Zeker als ik het verslag van "Highway through Hell" lees, knap hoor.
    Bruce Willes zou er zijn hand niet voor omdraaien, kun je zien hoe nep televisie is (Ha Ha).

    Nou, heel veel plezier en succes nog met jullie verdere avonturen op deze mooie ontdekkingsreis.
    Doe voorzichtig en tot ziens.

    Groetjes Jos en Jacqueline.

  • 23 Mei 2016 - 10:19

    Beppie Velthuizen:

    Hoi Lynn en Sander, wat maken jullie veel mee. Dit verslag is weer een genot om te lezen. Al krijg ik wel de kriebels als ik lees hoe moeizaam de reis soms gaat over onherbergzame bergen, wegen en rivieren.
    Dit verslag was voor ons ook weer een feest van herkenning: de Killing fields, de zandduinen van Mui Ne, HCM,Nah Trang, etc.
    En dan nu Hoi An, het lampionnenstadje. Lekker romantisch. Geniet ervan en pas goed op jezelf en op elkaar. Lieve groeten uit Venray. Beppie

  • 23 Mei 2016 - 23:54

    Anita Voss:

    Ha Saly,
    Geweldig, wat weer mooi alles beschreven en wat 'n avonturen.
    En wat toch 'n verschrikking die killing fields.
    Leuk dat jullie hiervan iets hebben kunnen delen met Sander B.
    Dat jullie samen deze geweldige reis beleven is toch prachtig, met al die belevenissen.
    Geniet samen nog lekker verder.

    Veel liefs en knuffels van mam.

  • 25 Mei 2016 - 13:56

    Tom Linders:

    Hey Sander en Lynn,

    Uiteraard was ik heel nieuwsgierig over jullie belevenissen in Vietnam en heb ze dan ook met veel plezier gelezen. Ieder land heeft zijn eigen charmes daar en is totaal anders, maar Vietnam heeft natuurlijk een speciale plek bij mij. Ben er inmiddels een keer of vijf geweest en nog iedere keer vol bewondering.
    Gaaf dat jullie een motor hebben gehuurd, me name in de grote steden is het verkeer heel onvoorspelbaar en hectisch haha en moet je wel wat 'ballen' hebben om erop te stappen en zelf te gaan rijden. Met name de niet toeristische gebieden zijn inderdaad gaaf. Kinderen komen op je af rennen en overal word je uitgenodigd voor thee ;-).
    Geniet nog van al het moois!

    Tam biet!!

    Tom

  • 30 Mei 2016 - 11:04

    Jos Knoben:

    Goedemorgen/middag/avond Lynn,

    Het is vandaag 30 mei en als ik het goed heb ben je vandaag jarig !

    Van harte gefeliciteerd en een hele mooie reis nog.

    Groetjes

    Jos Jacqueline.


  • 03 Juni 2016 - 09:04

    Fam Mulders:

    Hey Lynn,

    Een beetje te laat, maar alsnog van harte gefeliciteerd met jouw verjaardag! we zijn heel benieuwd naar hoe je 'm dit jaar gevierd hebt en hoe dit voor jou was. wij hopen, net als jullie reis tot nu toe, heel bijzonder, wat maken jullie veel mee zeg, wow! heel veel groetjes en een mooie voortzetting van jullie reis

    Liefs,

    Patrick, Margo, Anne en Jasper

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Sanderenlynn

Een jaar in Azië backpacken, was de bedoeling.. nu anderhalf jaar later zijn we in Australië aan het werk en is het einde in ieder geval nog niet in zicht!

Actief sinds 25 Sept. 2015
Verslag gelezen: 879
Totaal aantal bezoekers 120909

Voorgaande reizen:

15 Oktober 2015 - 09 December 2017

Meer dan twee jaar reizen in Azië en Australië

Landen bezocht: